Diwali Puja 1991 Cabella

Campus, Cabella Ligure (Italy)

Feedback
Share
Upload transcript or translation for this talk

Shri Mataji Nirmala Devi

Diwali Puja

Cabella Ligure, Italië

10 november 1991

English transcript Amruta.org Ver 30/10/2014
Nederlands: eindversie 03/11/2014

Het spijt me, voor ik binnenkwam moest ik nog iets zeggen, maar het is goed dat het gebeurd is, want ik heb jullie nu iets belangrijks te vertellen dat speciaal voor de vrouwen bedoeld is.

Ik heb gemerkt dat vrouwen – natuurlijk, ik ben zelf ook een vrouw – beschikken over zekere ‘waterkrachten’, zoals huilen, wenen en denken dat ze zeer te beklagen zijn en iedereen zich ellendig doen voelen. Dat is hun macht, ik heb dat gemerkt.

Ik bedoel, dit lied is het slechtste lied dat je op eender welke dag kan zingen. Maar het is in iemands hoofd opgekomen. Het is heel negatief en niet alleen dat, maar het beschrijft iemand die nooit gelukkig kan zijn en niet wil dat iemand gelukkig is.

In iedere vrouw is het moederschap aanwezig, zijn er fantastische kwaliteiten, zelfopoffering; alles is er. Maar daarbij zouden ze ook moeten weten dat ze ‘links’ zijn. En de vreugde in ons hart, waarover we spreken moet zich naar buiten toe manifesteren. De mensen zouden moeten zien dat we vreugdevol zijn, dat we gelukkige mensen zijn; dat we niet zijn zoals anderen die beginnen huilen om kleinigheden.

Zoals toen mijn vader stierf: ik was verwonderd dat ik plotseling gedachteloos werd, volledig gedachteloos. Ongeveer drie dagen bleef ik gedachteloos. De gedachte aan pijn, verdriet of gelijk wat, kwam niet in mij op. Er was enkel gedachteloosheid. En iedereen was verbaasd, want ik had voor hem gezorgd en hij was zeer aan mij gehecht, hij hield veel van mij, alles was er. Maar men was verbaasd hoe gemakkelijk ik plots gedachteloos werd. Als je dus een Sahaja yogini bent, zou je in crisistijd gedachteloos moeten worden. Dat is één van de tekens. Ik heb het bij mezelf gemerkt. Bij eender welke crisis in de familie word ik gedachteloos. Wat betekent dit? Dat God je problemen gewoon overneemt. Hij legt er zijn hand op, hij plaatst er zijn bescherming over, hij haalt je eruit en maakt je absoluut gedachteloos. En in dat gedachteloos bewustzijn ontdek je wat juist en fout is. Dus zelfs in crisistijd is dit gedachteloos bewustzijn altijd zeer waakzaam. Het wordt waakzamer dan normaal. Dat is het kenmerk van een Sahaja yogi of een Sahaja yogini.

Maar ik merkte het, verwonderlijk genoeg, vooral bij Franse, Indiase meisjes die hier kwamen. Ik was geschokt dat ze zo links waren, van het huilerige type, absurd. En ik was verwonderd dit lied opnieuw te horen; hoe konden ze zo’n lied zingen? Uit Frankrijk! In Frankrijk, weet je, is het probleem dat ze teveel drinken. Het spijt me, vandaag hebben de Fransen dit hier prachtig gedaan, maar ik zeg het beter toch maar. Als ze drinken, denken ze dat ze heel gelukkig zijn, zijn ze heel vrolijk. Maar weet je hoe lang het duurt? Het is zo over, en dan lijden ze. Maar als gevolg van het drinken worden ze zeer links en als je een Fransman ziet, is hij altijd ongelukkig. Hij is zelfs verlegen om te zeggen dat hij gelukkig is, want mensen zouden kunnen denken dat hij een domoor is. Dus hoort hij miserabel te zijn: ‘Les Misérables’. Is hij dat niet, dan is hij niet Frans.

Maar wij zijn niet zo, wij zijn in het Koninkrijk van God. We zijn helemaal niet ongelukkig. Helemaal niet. Sommige dingen gebeuren nu eenmaal in het leven. Het leven is zo, we moeten sterven. Alle mensen sterven niet tegelijk. Stel je voor dat iedereen sterft. Wat zal er gebeuren met de mensen? Wie zal ons begraven? Denk eens, als we allemaal tegelijk geboren worden, wie zal ons op de wereld zetten? Iedereen die geboren wordt, moet dus sterven. Maar men heeft de dood zo voorgesteld, als een groot deel van het leven. Het is maar één moment, één moment waarop je het bewustzijn verliest, je gaat, je verandert en je komt terug. Maar als je iets moet doen in dit leven is het genieten. Op dat vlak is het hun filosofie dat je naar cafés moet gaan, want God weet wat er gebeurt als je dood gaat. Ze draaien dus de zaken om. Dat is Engels. Ik bedoel hier niet de Fransen.

Maar als in India iemand sterft, halen ze er muziekgroepen en allerlei muziek bij en ze blijven spelen voor het dode lichaam. En waarom spelen ze? Want als er bhoots[1] of zo zijn, zullen ze weglopen. Ook om je niet droevig te voelen. Aanvaard dat wat God voor jou deed, voor je bestwil was. En dan geven ze een grote feestmaaltijd, op een dag na de 10de of 13de dag, moet er een zeer groot diner gegeven worden; dat is zeer verrassend in zo’n arm land, weet je. Het is zo’n probleem. Als de vader sterft, wordt heel de familie verweesd. Ondanks dat alles dragen ze toch geen zwarte kleren. Hier daarentegen heb ik mensen zwarte kleren zien dragen.

Een dame was erg van streek. Ze zei: “De bank gaat open om 10 uur en ik moet naar de begrafenis en mijn juwelen zijn in de bank”. Maar ik zei: “Je juwelen, die draag je toch niet voor een begrafenis, toch?” “Nee, nee, ik heb daarvoor speciale juwelen. Zeer mooie zwarte, weet je”. En mooier nog, de dag dat ze sterven moeten ze champagne hebben. Als iemand sterft, champagne! Als ze thuis komen, moeten ze een lunch hebben en een groot feest. We leiden dus zo’n leven vol tegenstellingen, omdat in de christelijke religie niet veel gezegd wordt over de dood. Christus zou er over gesproken hebben, als ze hem hadden laten leven. Hij zei dat de Spirit[2] eeuwig is. Hij sprak over reïncarnatie, zonder twijfel, maar deze mensen repten er met geen woord over. Sterven betekent nu dus dat de mens voor altijd verloren is. Of dit leven is verloren voor God. Dan hangen we in de limbo of ergens anders; we komen nooit terug. Dit is absoluut fout. Zo is het niet.

Dus wat je in dit leven moet bereiken, het hoogste goed is je spirituele groei, en je positie in het Koninkrijk van God. Speciaal voor de dames, moet ik dit zeggen, omdat ze alle tragische zaken lezen en herlezen. Griekse tragedie, deze tragedie, die tragedie. Het begint in te werken op de zenuwen van de vrouwen, Als iemand ook maar iets zegt, slaat het in als een bom. Ze gedragen zich als: “O, mijn God, wat is er toch gebeurd? Hij had mij dat niet mogen zeggen”. Maar eerst zouden we moeten zien wat we onszelf aandoen. De schade die we onszelf toebrengen, daarvoor wenen we nooit. Je hebt gezien hoe in het Westen vrouwen zichzelf beschadigd hebben. Daar wenen ze nooit over, nooit, nooit. Maar ze wenen als iemand zelfs een kleine opmerking tegen hen maakt. Natuurlijk, in India ook. Maar er zijn ook zeer redelijke vrouwen, in het Oosten en in het Westen, die veel kunnen verdragen, met een waardige houding tegenover het leven. Zoals een olifant doorwandelt terwijl de honden blaffen – wat kan dat ertoe doen? Deze waardigheid komt als je innerlijke vreugde bezit. Niemand kan me ongelukkig maken. Dit zou het principe moeten zijn. Niets kan mij ongelukkig maken. Anders begin je ‘links’ te worden. Als de vrouw begint te wenen, wordt de man steeds ‘linkser’ en plots zitten er tien bhoots op hem. Hoe krijgt hij ze? “Ik ben nooit op een kerkhof geweest. Ik ben nooit op zo’n plaats geweest, Moeder. Ik heb nooit iemand zien sterven”. “Hoe ben je dan zo bhootish[3] geworden?” “Ik ging nooit naar een guru[4]“. Kijk naar zijn vrouw. Zijn vrouw is een huilende pop. Om alles huilt ze. “Als je dit of dat niet doet: huilen”. Dit is een andere manier van het ego om zich uit te drukken, zeg ik je, dit huilerig gedoe. Vandaag wil ik dus van jullie allen de belofte dat je helemaal niet zult huilen. In plaats van bloemen geef je me enkel deze belofte als bloem. Ik huil nooit. Natuurlijk, soms als sandra karuna[5], kunnen er wel eens één of twee tranen uit mijn ogen komen. Tenslotte ben ik een moeder. Maar niet zo maar zitten huilen en huilen en hysterisch worden. Jullie moeten je waardigheid behouden. Jullie zijn allemaal Sahaja yogini’s. Lees geen enkel boek dat gaat over huilen. Maar er zijn ook diepzinnige boeken die je diep kunnen raken: als je dan wil wenen is het in orde. In de bioscoop zien ze een vrouw die haar man kwelt en ze huilen erom. Ze komen thuis en kwellen hun echtgenoot. Welke zin heeft dat? Ik heb er zovelen gezien. In de bioscoop zitten ze te wenen. Als het om iemand anders gaat, voelen ze de pijn; als ze het zelf zijn, zien ze niet wat ze veroorzaken. Mijn enige verzoek vandaag is dus dat je niet zult huilen. Nu ben je in het Koninkrijk van God en in het Koninkrijk van God huil je niet. Nu hebben we Allerheiligen gehad. We hebben dit gehad en dat. Ook in India hebben we zulke onzin. Oké, geef wat hen toekomt, maar je viert niets door te huilen. Dit is een teken dat je stelt, dat je echt vreugdevol bent. Ik bedoel: wat een lied om naar te luisteren. Ik was geschokt. Wie stelde voor dat lied te zingen? Kan ik vragen wie de schuldige was? Ik weet dat het een Indiase vrouw moet geweest zijn. Dat moet wel.

[Spreekt Hindi.] Kijk naar deze mooie dingen die ze gemaakt hebben. Als er geen schoonheid in henzelf zou zijn, zouden ze hebben zitten huilen. Wat anders? Natuurlijk zijn die mensen mooi. Ze huilen nooit. Misschien krokodillentranen, soms -enkel uit aanstellerij- maar inwendig huilen ze niet, omdat ze vol vertrouwen zijn. Ze genieten van hun schoonheid. Ze genieten van hun glorie. Ze genieten van zichzelf. Waarom zouden ze huilen? Waar is dat voor nodig? Zo’n verspilde tranen zijn nutteloos. Vandaag zijn we dus hier om van onze vreugde te genieten. Onze Atmanand, Niranand, Paramanand: we zijn hier om te genieten van al deze dingen die een eeuwige waarde hebben.

Je moet begrijpen en geloven dat je nu in het Koninkrijk van God verblijft en dat al de subtiele schoonheid van je wezen voor jou toegankelijk zal worden. Je zult zelf al de schoonheid zien. Maar, als nu reeds je ogen en je hart gesloten zijn en je niet wilt zien wat mooi is, hoe kan ik dan zeggen wat voor moois ze hebben gemaakt? Het is zeer belangrijk in het leven om een positieve ingesteldheid te hebben.

Zo ook voor Sahaja Yoga. In Sahaja Yoga moeten we onszelf innerlijk ontwikkelen. Maar dat gebeurt niet. Mensen zeggen: “Mijn moeder is ziek, mijn vader is ziek, mijn broer is ziek, mijn deze, mijn gene is ziek”. Dat komt eerst. Soms denk ik dat ik beter een ziekenhuis zou beginnen in plaats van een ashram. Op de tweede plaats komt: “Mijn echtgenoot is zo, mijn kinderen zijn zo. Mijn dit en dat zijn zo”. Dit “mijn, mijn, mijn” is niet wat je bent. Wat ben je? Je bent een Sahaja yogini. En in Sahaj moet je weten dat je alle bewijzen in handen hebt, alles is er om te weten dat je een Sahaja yogi bent.

Veronderstel nu dat ik weet dat ik de Adi Shakti[6] Als ik wéét dat ik de Adi Shakti ben, dan weet ik dat. Dan moet ik niemand om hulp vragen, ik ben tenslotte de Adi Shakti. Ik word verondersteld alles te doen. Dat is mijn taak, omdat ik die kracht heb. Ik heb die kracht, gewoon sahaja[7], ik heb die kracht in mij en dus moet ik dit doen. Nu kan ik ook zeggen: “Ik ben een vrouw. Ik zou moeten zitten huilen”. Nee, dat recht heb ik niet. Dat kan ik niet doen, zelfs al zou ik dat willen. Mijn taak is je aan te moedigen, je te vertellen over je innerlijke subtiliteit, je schoonheid.

Weet je wat een mooi wezen je bent? Laten we het hebben over onze innerlijke schoonheid. Wie zijn wij? Zijn wij die gekke mensen die zich altijd miserabel voelen, of altijd vechten, die hunkeren naar zaken en door deze materie volledig in beslag worden genomen? Neen, we zijn de Spirit. We zijn de Spirit. We zijn de weerspiegeling van God Almachtig, die zuiverheid is, die waarheid is, die kennis is. Dat zijn we. We zijn niet als gewone mensen. Hoe kunnen we dan op dat niveau leven? Alleen als je bezeten bent, als je een slechte guru hebt gehad of iets dergelijks, dan ga je misschien als een jojo op en neer, op en neer, op en neer. Maar zij die al deze beperkingen hebben overstegen en die staat bereikt hebben, zouden moeten waarderen dat zij de Spirit zijn. Zo zitten hier vele Spirits die God Almachtig reflecteren. Ik ben zo’n trotse moeder en jullie zijn allemaal in staat om zoveel mensen in deze wereld te verlichten. Maar je innerlijke schoonheid is, dat je absoluut onafhankelijk bent van wie ook. Je steunt enkel op jezelf, op de bron van jouw Spirit, de vreugde van jouw Spirit. Je verwacht niet van anderen dat ze je vreugde geven. Veronderstel dat er morgen iemand komt die mij beledigt, dan zal ik zeggen: “Het is in orde. Het geeft niet”. Het raakt me nooit omdat ik bij mezelf blijf. Hij zegt deze zaken. Hij zal lijden, of niet lijden, dat is niet mijn bekommernis. Als je begint met alleen op jezelf te rekenen, beeld je dan een huis in dat op rotsen gegrondvest is; zo ben je dan. Probeer het te voelen. Voel de rots in jezelf. Probeer het te begrijpen. Je gaat je niet gedragen zoals andere mensen. Het is in orde. Mensen die hun huizen op zand hebben gebouwd, moeten zich zorgen maken. Wij niet. Wij hebben op rotsen gebouwd. Dus moeten we zeer moedig zijn, zeer stoutmoedig. Tegelijkertijd bijzonder nederig. Als de boom beladen is met vruchten buigt hij door. Dus vereren wij Moeder Aarde, vereren wij de zon, vereren wij de maan, we vereren alles wat ons omringt en ons geholpen heeft. We vereren onze ouders en iedereen. Maar boven alles vereren we onszelf omdat we het waard zijn vereerd te worden. Nu zijn jullie allemaal heiligen geworden. Dat betekent niet dat jullie baarden moeten laten groeien en gekke kleding gaan dragen en zo, niets van dat alles. Jullie zijn heiligen, want binnenin jullie is er het aroma, de fijne geurigheid van jullie lotus, die de Spirit is.

Dit is een lotus die jullie hier voor mij gemaakt hebben, zo’n prachtige lotus. Ik zit in een prachtige lotus. En dit wordt weerspiegeld in je hart, als een heel mooie lotus. Voel die lotus. Hoe mooi, hoe delicaat ze is. Ze is roze, want roze is de lotus die iedereen uitnodigt. Teken van vrijgevigheid, van uitnodiging. De roze kleur trekt alle soorten insecten aan, trekt iedereen aan. Dus de lotus is roze en zij nodigt alles uit. Staat voor alles open, is nergens bang voor. Maar ze komt uit het slijk, ze komt uit absoluut vreselijke poelen waarin een massa wormen rondkruipen, dat is zo, maar ze verspreidt die fijne geur en maakt de hele vijver zo mooi. Dat is wat jullie zijn. Waar je ook bent, kun je die schoonheid scheppen. Je kunt die schoonheid laten vloeien. Je kunt de mensen tonen wat een spirituele persoon is. Jullie zijn de weerspiegeling van Sahaja Yoga, niet ik. Jullie moeten Sahaja Yoga reflecteren. Zulke mensen zijn altijd vreugdevol en wijs. Shri Ganesha is de schenker van wijsheid. De wijsheid hoe je op elk moment te gedragen, hoe op elk moment de juiste dingen te zeggen, hoever te gaan op alle gebied. Het zou spontaan moeten worden, sahaja, je hoeft er niets voor te doen, maar je zou het wel moeten weten: “Nu ben ik een Sahaja yogini”. Elke morgen zou je tegen jezelf moeten zeggen: “Ik ben een Sahaja yogini”. Dus hoever zal ik gaan? Hoe zal ik me gedragen? Wat zal mijn houding zijn?” Dit is heel gemakkelijk te begrijpen als je deze lotus van wijsheid ontwikkelt. Hoe ontluikt deze lotus? Er is een zaadje dat ontkiemt. Van de wijsheid is het zaad al in jullie aanwezig, jullie hebben het allemaal en nu ontluikt het, omdat jullie gerealiseerde zielen zijn. Laat je wijsheid het overnemen. Hoe doe je dit? Er is maar één manier, zou ik zeggen: “Veronderstel dat Moeder dit probleem had, wat zou zij gedaan hebben?” Goed idee. “Hoe had zij het aangepakt?” Het kan zijn dat je dan zegt: “Wij begrijpen Moeders stijl niet, zij heeft zoveel trucjes”. Juist. Zo is het. Maar er is een heel eenvoudige manier om het te doen: door het over te geven aan mijn wijsheid en de wijsheid zelf die in jou is, is actief. Zij zal het uitwerken. Dit punt zou je ook moeten begrijpen: de wijsheid in jou is werkzaam.

Er was een man die op de luchthaven van Londen werkte. Hij is een Sahaja yogi, maar hij komt niet naar de collectiviteit; hij heeft geen tijd. Op een dag zei iemand iets grofs tegen hem. Hij ging naar huis en bedacht: “Het is niet goed wat hij tegen me zei, tenslotte ben ik een Sahaja yogi”. En de volgende dag hoorde hij dat die man van zijn fiets gevallen was. Die man kon dan misschien niet begrijpen dat dit met hem gebeurde omdat hij al die dingen had gezegd. Maar de yogi wist het omdat de godheden je bijstaan. Door je wijsheid begrijp je dat alle godheden aan jouw kant staan en wat er ook met je gebeurt, ze staan vóór jou. Niemand kan je kwaad berokkenen. Niemand kan je raken. Je bent zo beschermd. Lotussen zijn niet beschermd. Je bent zo beschermd dat als wie ook je probeert te kwetsen, er onmiddellijk bescherming is. Je eigen bescherming bestaat er ook in, zoals ik zei, dat je in gedachteloos bewustzijn gaat. We schaden onszelf soms meer dan een ander zou kunnen doen.

Een vriendin van mij, die ik kende, was zo van toen ze nog een jong kind was: altijd huilde ze voor alles. Ze huilde steeds voor niemendalletjes omdat ze zo’n verwend kind was en ze was het gewoon altijd te wenen. Ik was verrast te zien dat ze zeer jong blind werd. Ik zei: “Hoe werd je toch zo slechtziend?” Ze moest hele dikke brillenglazen gebruiken. Ze zei: “Ik huilde zoveel, weet je nog?” Ik zei: “Dat weet ik nog. Maar huilde je zelfs nog na school?” “Ja ik huilde altijd zo”. Je ontwikkelt dus een soort van persoonlijkheid, zo van: “Zo ben ik nu eenmaal, ik huil gewoon”. Waarom geen persoonlijkheid ontwikkelen in de zin van: “Ik ben altijd vol vreugde. Alles wat ik zie, vervult me met vreugde. Alles wat ik hoor, vervult me met vreugde.” Dan zal de lotus van je geurigheid nog verbeteren en de activiteit van je wijsheid zal erop gericht zijn dat je alles wat heel mooi is gemakkelijk opneemt. Je zult alles krijgen wat voldoening en vreugde schenkt. Het is de werking van deze wijsheid in jou die je leidt naar mensen die zeer lief zijn, naar situaties die heel mooi zijn, waar je mooie dingen ontdekt, of naar zulke mooie creaties waarvan je nooit had verwacht ze te zien. Het is zeer, zeer belangrijk dat je dat begrijpt als je me zegt: “Moeder, dit wonder is gebeurd. Dat wonder is gebeurd.” Het is niets. Het is je eigen wijsheid, je eigen Spirit, die alles bewerkstelligt. Jij hoeft niets te doen. Het enige dat je je moet herinneren is dat je een Sahaja yogini bent en dat je karakter dat van een Sahaja yogini moet zijn, dat je ideeën die van een Sahaja yogini moeten zijn. Zo ook met Sahaja yogi’s.

Sahaja yogi’s, omdat ze mannen zijn, laten niet veel merken, maar ze hebben dan weer andere manieren om hun humeur te uiten. Ze worden opvliegend en soms is het zo erg dat je je begint af te vragen: “Wat is er aan de hand met die man?” Aan de ene kant de woede, aan de andere kant het gehuil. Wat blijft er tussenin over? Ik weet het niet. Beide dingen zijn absoluut overbodig. Je moet de mensen verbeteren, je moet dingen uitspreken. Daarnet moest ik iets zeggen, ik heb het gezegd, dat is het. Maar het is geen woede. Gewoon, ik moet het doen. Dit is het verschil. Ik ben er niet bij betrokken. Zelfs als ik ween, ben ik er niet bij betrokken. Ik ween enkel. Zelfs als ik kwaad ben, ben ik niet echt kwaad. Ik probeer me boos voor te doen. Dat is wat er gebeurt. Je geraakt er niet bij betrokken. Maar als je betrokken geraakt bij je boosheid, dan is alle vreugde voorbij, compleet voorbij.

Sommige mensen denken wel eens dat je, als je vreugdevol bent, je ook heel ernstig moet zijn. Helemaal niet. Waarom ernstig zijn, wat is er in deze wereld om ernstig over te zijn? Alles is dwaasheid. Ik vind niets ernstigs in deze wereld en ik kan niet langer dan drie minuten ernstig blijven. Soms maken mensen daar misbruik van, maar wat kan ik eraan doen? Dat is mijn aard. Wat is er zo ernstig? Jij hoeft de zon niet te scheppen. Jij hoeft de maan niet te scheppen. Jij hoeft Moeder Aarde niet te scheppen. Wat is er zo ernstig? Welke grote werken heb jij uit te voeren? Alles is er voor jou. Geniet ervan! Wat is er om ernstig over te zijn? Sommige mensen proberen indruk te maken met hun ernst. Ik zag eens een vrouw ernstig staan nadenken. Ik zei: “Wat is er aan de hand?” “Ik weet niet hoe ik dit moet schoonvegen, ik heb geen bezem”. Ik zei: “Alsof de hemel naar beneden valt, zo’n probleem! Het geeft niet. Als je het vandaag niet doet, kan je het morgen doen. Wat is er zo belangrijk?” Ik bedoel, als je iets niet hebt, dan is dat niet erg. “Nee, nee. Ik moet het doen. Ik ben zeer trots op mijn huis”. Ik zei: “Dat is het belangrijkste probleem, dat is ernstig”. Omdat je lijdt aan enkele ernstige, domme problemen, daarom word je ernstig en als je denkt dat door ernstig te worden je problemen opgelost zullen worden, weet dan dat dit niet zo is. Anderzijds moet ik je zeggen dat we niet lichtzinnig mogen zijn. We mogen niet vulgair of frivool zijn. Dat is niet de bedoeling. Bekijk deze bloemen. Bekijk ze. Ze trillen mee met mijn vibraties. Maar bekijk ze in hun eigen waardigheid. Ze zullen morgen sterven. Ze bekommeren zich daar niet om, zolang ze daar mooi staan op hun eigen plaats, om jullie plezier en geluk te schenken, dat is alles.

Waarvoor dient een lamp? Laat ons onszelf zien als een lamp die licht moet geven. We zijn dus hier om vreugde en geluk te geven aan iedereen. Om iedereen gelukkig te maken. Er zijn zoveel manieren om anderen gelukkig te maken. En om dat te doen moeten we ook leren. Zoveel dingen moeten we leren. Hoe anderen gelukkig te maken. En dan, als je hen gelukkig maakt, voel je die vreugde in jezelf. “O, zij zijn zo gelukkig”. Zie hoe gelukkig ze zijn, dan alleen ontplooit deze lotus zich nog veel verder. Zoals een rimpeling in het water zich naar de rand van de oevers beweegt en dan van de oevers weer terugkomt. Zo ook is het wanneer jouw vreugde de vreugde van anderen bereikt, dan vormen de rimpelingen die ontstaan een prachtig patroon voor je ogen. Denk maar eens aan die situaties waarin je iets goeds deed voor iemand, wanneer je zeer lief was voor anderen, dan vond je de vreugde in die persoon en hoe die vreugde terugkwam naar jou. Denk aan dat patroon dat je eens zo subtiel voelde, hoe het met jou verbonden is. Telkens je aan dat moment, die tijd of die plaats denkt, dan komt het hele beeld weer in je op en je denkt: “Wat een prachtig moment”. Maar dat moment is vereeuwigd in jou, voor altijd, en daarom is Diwali zo belangrijk. Zoals ik al zei, zijn jullie allemaal mijn licht en het licht dat daar is, is eeuwig. Deze lampen hier zullen uitgaan. We zullen ze elk jaar opnieuw moeten aansteken. Maar jullie (lichten) niet. Jullie hebben het eeuwige licht en dit licht zal vreugde verspreiden.

Wat is het grote probleem in deze wereld? Het hele probleem, neem dit van me aan, is dat er geen vreugde heerst. Zo eenvoudig is het. Er is geen vreugde. Als ze vreugde hadden, zouden ze al deze onzinnige zaken niet gedaan hebben. Er is geen vreugde. Als je vreugde voelt, wil je niet vechten, wil je niets doen wat schade toebrengt. wil je niets over iemand zeggen, niet alleen dat, je zou niet verlangen naar iets dat onze Moeder Aarde zou schaden of ecologische problemen teweegbrengt. Je wil dat gewoon niet. Je wil niets doen dat anderen kwetst. Mensen voelen zich daar ongelukkig om, hier, in India of waar dan ook. Je voelt gewoon: “Waarom zou ik iets doen wat niet gunstig is voor anderen?” Ik bedoel: het schenkt geen vreugde. Dus als je vreugde in je hebt, moet je vreugde uitdragen en als je geen vreugde uitdraagt, betekent het dat er iets ontbreekt in je beoefening van Sahaja Yoga en dat is de reden waarom we moeten groeien. We moeten Sahaja yogini’s en Sahaja yogi’s worden. Dat is een vereniging die vreugde geeft. We kunnen onze naam veranderen als je wil. Als Sahaja Yoga niet goed is, noem het dan “Joy Giving Association”.

Nu zouden we ook moeten nagaan wat de vreugde doodt. Dat is belangrijk. Wat doodt vreugde? Eerst en vooral zei ik dat je wijs moet zijn. Wijsheid houdt in dat ze je onthechting geeft. Onthechting van alles wat te maken heeft met zelfzucht, egocentrisme, obsessie voor jezelf, ego – dit alles wordt gevormd met ‘zelf’. Kun je je dit voorstellen: zelfzuchtig – het Zelf betekent de Spirit. Wat is zelfzucht? Dat is wat het Zelf volledig verduistert Omdat je alleen aan jezelf denkt, je kinderen, je familie en dat is het. Soms is zelfs dat teveel, soms blijft het enkel bij jezelf. En als je zo gaat denken en je begint kleiner en kleiner en kleiner en kleiner te worden, dan zakt de lotus in elkaar. Maar aan anderen denken is zo fijn. In mijn geval is het anders. Als ik aan mezelf denk, kan ik je verzekeren dat ik me erg gelukkig voel, fijn, vreugdevol. Dat moet ik je wel vertellen, dat moet ik bekennen. Maar als ik aan bepaalde mensen denk, reageren mijn chakra’s onmiddellijk en dan denk ik: “God, waarom dacht ik aan zo iemand?” Ik bedoel: de chakra’s beginnen snel te bewegen voor die persoon. Maar dit lichaam is zo gul, dat kun je je niet voorstellen. Zelfs als ik naar iemand kijk, beginnen de chakra’s meteen voor hem te werken, alsof ik verantwoordelijk ben voor de beschadigde chakra’s van iedereen. Wat ik in zekere zin ook ben, maar in die mate? Maar toch blijf ik denken aan mensen die in moeilijkheden verkeren, aan elk van jullie. Waarom? Waarom denk ik aan jullie? Omdat ik weet dat als ik jullie chakra’s kan verbeteren, jullie gelukkig zullen zijn. Ik hoef dat feit niet logisch te beredeneren; mijn lichaam weet dat gewoon. Het werkt. Het werkt en voelt zich heel gelukkig. Als ik iemand zie die zijn realisatie krijgt, brengt me dit zoveel vreugde.

Als ik zie dat iemand van zijn probleem wordt verlost, geeft dit mij zoveel vreugde omdat het de aard, de natuur van de Spirit is vreugde te geven. Als je de Spirit niet toelaat zijn eigen natuur en zijn eigen aard na te komen, zal hij zich niet manifesteren. Dus kunnen we zeggen dat je het voertuig bent en dat je de lamp bent voor zover het je brein en lichaam betreft. Maar als dit licht van de Spirit zich gaat manifesteren, moet het van een unieke soort zijn, dat al het licht naar buiten uitstraalt. Het geeft licht aan anderen. En deze lichtgevende kwaliteit moeten jullie verbeteren. Langzaam maar zeker zal je verrast zijn, alleen al als je probeert, in je leven, in je relaties, in je omgeving licht te geven aan anderen – om hun leven beter te maken, niet om te pronken, niet om zelfzuchtig te zijn, maar op een zeer liefdevolle en mooie manier. Je zult echt begrijpen dat je de Spirit bent, omdat de Spirit lief heeft, Hij heeft lief en in die liefde ben je vergevend, zeer vergevend.

Soms worden jullie leiders boos op me omdat ik zo vergevend ben. Wat kan ik eraan doen? Dat is mijn aard. Ik kan er niets aan veranderen omdat ik liefheb. Als je van iemand houdt, vergeef je. Je voelt je niet slecht. Niet vergeven is moeilijk, maar vergeven is het beste. Als je vergeeft, hou je er tenminste geen hoofdpijn aan over. Deze liefde is vreugde. Nu denk ik dat, als deze liefde smelt en als een rivier stroomt en voedsel geeft aan alle bomen op haar oevers, dat het moment is van de voltooiing van het individuele of het persoonlijke karakter van die liefde en dat dit het moment is waarop ze zich vervuld voelt. Je moet niet zo maar licht in een hoek hebben staan, maar het moet vloeien, het moet bewegen, het moet voeden. Liefde is niet iets levenloos, zoals een steen. Als ze smelt omvat ze alles, en alles wordt er heel mooi door. Eerst en vooral moeten jullie begrijpen dat het leven dient om vreugde te geven aan anderen, omdat jullie nu heiligen zijn en jullie licht vreugde moet geven. Jullie moeten weinig (ver)dragen. Jullie hebben krachten om te dragen. Jullie hebben alle krachten en dus wens ik jullie veel succes voor het komende jaar en veel voorspoed.

Moge God jullie zegenen.

[1] bhoots: vorm van negativiteit; ziel van een overledene die nog sterk gehecht is aan het aardse leven; negativiteit die soms ons subtiele systeem binnendringt

[2] Spirit: het Atma, het Zelf, de diepste (goddelijke) essentie van ons wezen, die zuivere liefde, vreugde en bewustzijn is

[3] bhootish: afkomstig van of onder invloed van bhoots

[4] guru: leraar, meester

[5] sandra karuna: diep mededogen van de meester voor zijn leerling

[6] Adi Shakti: ondersteunende, vrouwelijke, moederlijke oerkracht, scheppende kracht van het universum, die belichaamd wordt door Shri Mataji; primordiale (oorspronkelijke) kracht

[7] sahaj(a): spontaan, aangeboren, volgens de cultuur van Sahaja Yoga